Inhoud

  • Lange Lozanastraat 142 B2
    2018 Antwerpen
  • Sarphatistraat 7
    1017 WS Amsterdam
    logo-gemeente-amsterdam (1)
  • Kastanjelaan 400
    5616 LZ Eindhoven
    eindhoven_pms485_liggend_bb (1)
  • Aert van Nesstraat 45
    3012 CA Rotterdam
    Group 47

Nieuwe regels invordering schulden consumenten

Op 4 mei 2023 werd het licht op groen gezet voor de invoering van een Boek XIX in het Wetboek van Economisch recht (WER), getiteld ‘Schulden van de consument’. De wetgever tracht hiermee betere bescherming te bieden aan consumenten die kampen met betalingsmoeilijkheden. De nieuwe regels zijn dwingend en zorgen ervoor dat u als onderneming wellicht enkele aanpassingen zal moeten doorvoeren aan uw beleid met betrekking tot betalingsachterstanden bij consumenten.

Toepassingsgebied

De nieuwe regels zijn van toepassing op alle schulden die voortkomen uit een overeenkomst tussen een consument en een onderneming, waarbij ‘onderneming’ wordt gedefinieerd als ‘iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die op duurzame wijze een economisch doel nastreeft, alsmede zijn verenigingen’ en ‘consument’ als ‘iedere natuurlijke persoon die handelt voor doeleinden die buiten zijn handels-, bedrijfs-, ambachts- of beroepsactiviteit vallen’. In B2B-relaties verandert er niets en blijft de oude Wet Betalingsachterstand onverkort van kracht.

Boek XIX is op dit moment reeds automatisch van toepassing op alle vervallen en onbetaalde B2C-schulden die voortkomen uit overeenkomsten die zijn afgesloten na 31 augustus 2023. Vanaf 1 december 2023 is het eveneens van toepassing op consumentenschulden die voortkomen uit overeenkomsten die werden afgesloten vóór 1 september 2023, voor zoverre de betalingsachterstand pas na die datum tot stand kwam.

 

Belangrijkste nieuwigheden

Los van het nieuw regelgevend kader voor personen en ondernemingen die zich bezig houden met een activiteit van minnelijke invordering van schulden (bv. incassobureaus en deurwaarders), zijn er drie belangrijke nieuwigheden waar u als onderneming rekening mee dient te houden:

1. Een eerste gratis betalingsherinnering met informatieverplichtingen

De eerste betalingsherinnering is voortaan altijd gratis; er kan de consument geen enkele kost worden aangerekend. Daarnaast moet de eerste betalingsherinnering minstens volgende informatie bevatten:

(i) het verschuldigde saldo, alsook het bedrag van het schadebeding
dat zal worden geëist bij niet betaling binnen de veertien dagen;

(ii) de naam en het ondernemingsnummer van de schuldeiser;

(iii) de beschrijving van het product, overeenkomst of rechtsfeit dat de
schuld heeft doen ontstaan en de datum van de opeisbaarheid
daarvan; en

(iv) een vermelding van de termijn van veertien dagen, vooraleer enige
kost, interesten of schadevergoeding mag worden aangerekend.

Deze informatieplicht kom te vervallen voor de volgende betalingsherinneringen. Voor deze volgende betalingsherinneringen zal er telkens max. 7,50 euro mogen worden aangerekend, wel nog te vermeerderen met de portkosten.

2. Wachttijd van 14 kalenderdagen na de eerste betalingsherinnering

Na het versturen van de eerste betalingsherinnering dient u de consument minstens 14 dagen kalenderdagen te gunnen om alsnog het verschuldigde saldo te voldoen. Pas na het verlopen van deze wachttijd zal u interesten en/of schadevergoedingen kunnen vorderen. De wachttijd begint te lopen de dag na de verzending indien de herinnering elektronisch werd verstuurd, maar pas op de derde werkdag na de verzending indien dit gebeurde per post.

3. De eventuele schadevergoedingen en verwijlinteresten worden geplafonneerd

De wetgever beperkt met Boek XIX hoeveel schadevergoeding en verwijlinteresten u mag aanrekenen aan consumenten. Het is niet toegelaten om bovenop deze schadevergoeding en/of verwijlinterest nog andere kosten aan te rekenen.

           Wat de schadevergoeding betreft:

(i) bij schulden lager of gelijk aan 150 euro: maximum 20 euro;

(ii) bij schulden tussen 150,01 en 500 euro: maximum 30 euro, vermeerderd met 10% van het verschuldigde bedrag op de schijf tussen 150,01 en 500 euro; en

(iii) bij schulden hoger dan 500 euro: maximum 65 euro, vermeerderd met 5% van het verschuldigde bedrag op de schijf boven 500,01 euro, met een maximum 2000 euro.

            Wat de interesten betreft:

Maximaal de referentie-interestvoet uit art. 5, lid 2 van de Wet van 2 augustus 2002 betreffende de betalingsachterstand bij handelstransacties, vermeerderd met acht procentpunten (thans 12%).

 

Sancties?

Indien u in uw overeenkomst of algemene voorwaarden verwijlinteresten en/of schadebedingen opneemt die de maximumgrenzen overschrijden, worden deze clausules voor niet geschreven gehouden. In dat geval kan u enkel nog terugvallen op de wettelijke verwijlinteresten (op dit moment 5,25%). Bovendien kan het niet-naleven van bovenstaande regels leiden tot strafrechtelijke sancties. Het WER voorziet in een geldboete van minstens 26 euro tot maximaal 10.000 euro (nog te vermenigvuldigen met opdeciemen factor 8) of 4% van de totale jaaromzet, indien dit een hoger bedrag zou vertegenwoordigen.

 

Concreet

Het is dus sterk aan te raden uw algemene voorwaarden en (toekomstige) overeenkomsten aan te passen aan de nieuwe regels uit Boek XIX, wilt u – zeker vanaf 1 december 2023 – niet voor onaangename verrassingen komen te staan. Besteed hierbij zeker voldoende aandacht aan het maken van een onderscheid tussen B2C-clausules en B2B-clausules, waar in principe niets aan verandert. Verlies bij het doorvoeren van de aanpassingen ook de bestaande consumentenwetgeving niet uit het oog, zoals bijvoorbeeld art. VI.37 WER dat stelt dat iedere clausule op een duidelijke en begrijpelijke wijze moet worden opgesteld.

Heeft u nog vragen over deze nieuwe regels of over hoe u het best uw algemene voorwaarden en overeenkomsten aanpast aan Boek XIX? Contacteer Halsten BE.legal voor advies op maat.

halsten divider copy 6